Dé klassieke boterzachte Indonesische rundvlees stoof. Voor deze variant moet je wel echt eerst naar de toko om alle ingrediënten in huis te halen en je hebt behoorlijk wat tijd nodig om het vlees langzaam te stoven.
Ik laat ‘m het liefst nog een dag staan voor ik het serveer.
Ingrediënten (voor 4 personen)
- 400 gr sukadelappen (in niet te kleine blokjes en drooggedept)
- 5 kemirienoten
- 1 stengel citroengras
- 1 rode ui (fijngesneden)
- 3 tenen knoflook (fijngesneden)
- 1 theelepel komijnzaad
- 1 theelepel korianderzaad
- 3 cm gember (geraspt)
- 2 theelepels laos
- 1 kruidnagel
- 0,5 theelepel kurkuma
- 0,5 theelepel witte peper
- 0,5 theelepel trassi
- 1 theelepel sambal oelek (of meer zoals je wilt)
- 3 blaadjes djeroek purut
- 1 blaadje salam
- Kokosmelk 400 ml
- 1 eetlepel arachideolie
Bereiding:
- Maal het korianderzaad, komijnzaad en de kruidnagel fijn in een vijzel.
- Rooster dit mengsel in de stoofpan zonder olie totdat de geur goed vrij komt.
- Voeg de knoflook, ui en gember toe.
- Als de uien zijn gefruit, voeg je het vlees toe met de sambal.
- Terwijl je het vlees aanbakt, meng je de laos, de kurkuma, trassi, palmsuiker, en witte peper door het goedje in de pan.
- Dan voeg je de geraspte kemirienoten en de kokosmelk toe.
- Tot slot voeg je de citroengras, salamblaadjes en de blaadjes djeroek poeroet toe.
- Laat het vlees langzaam gaar stoven met de deksel op de pan.
- Voeg water toe indien nodig.
- Dien op met witte rijst, wat verse koriander en een schijfje limoen.